Geologische geschiedenis Dolomieten
Dolomiet
Dolomiet werd door de Franse geleerde Dolomieu voor het eerst ontleed. Het is een belangrijk
mineraal uit de groep van de carbonaten. Het gewone dolomiet is magnesiumdolomiet, het ontstaat
uit calcietrijke afzettingen door een reactie met aanwezige magnesiumzouten. Het kan wit, grijs,
rood of bruinachtig zijn.
Dolomiet is tevens de naam voor het gesteente dat voornamelijk uit dolomiet bestaat. Het is
zeer wijd verbreid in kalkgebergten en kan het hele landschap beheersen (zoals in de gelijknamige
Dolomieten). Dolomiet wordt als grondstof gebruikt in de metallurgische industrie en als bouwsteen.
Ontstaan
In het late Trias, 200 miljoen jaren geleden, was een tropische zee waar nu de Dolomieten zijn.
Hierin ontstonden enorme koraalbanken, die uitgroeiden tot eilanden. Deze versteenden en vormden
het gesteente Sciliar Dolomiet.De belangrijkste massieven in de
westelijke Dolomieten bestaan uit dit gesteente. De lava die uit vulkanen in de zee vloeide, kwam
tussen de eilanden terecht. Dit is op verschillende plaatsen terug te vinden (delen van de Siusi,
de Val Gardene, Val di Fassa). Het gebied werd een getijdenvlakte, waar laag op laag bezinksel werd
samengedrukt. Hieruit ontstond het Dolomia Principale, dat karakteristiek
is voor de massieven van Civetta, Cristallo, Pelmo, Sesto en Tofano in de oostelijke Dolomieten.
Gebergtevorming
Europa en Afrika botsten ongeveer 60 miljoen jaar geleden op elkaar. Dit leidde tot het
ontstaan van de Alpen, en daarmee van de Dolomieten als gebergte. De westelijke Dolomieten die op
dikke lagen ouder gesteenten steunen kwamen als één blok omhoog. Deze samenhangende
onderstruktuur ontbrak echter in de oostelijke Dolomieten, waardoor de tektonische krachten tot
meer plooiing en breukvorming leidden. De latere sedimenten erodeerden weg, waardoor de oudere
koraalriffen aan de oppervlakte kwamen.
Zie ook de pagina over gebergtevorming.
|